De voorgestelde invoering van een kilometerheffing voor elektrische voertuigen (EV’s) stuitte op felle kritiek van experts uit de sector. Hoewel er algemene overeenstemming bestaat over het feit dat elektrische voertuigen een eerlijke bijdrage moeten leveren aan het wegenonderhoud en de infrastructuurkosten, wordt het pay-per-mile-model gezien als gebrekkig en potentieel schadelijk in zijn bredere implicaties.
De voornaamste zorg draait om de potentiële kruip van dit systeem dat verder gaat dan alleen elektrische voertuigen. Stemmen uit de sector vrezen dat, indien ingevoerd, een heffing per kilometer geleidelijk zou kunnen worden uitgebreid tot alle voertuigen, wat uiteindelijk zou leiden tot een complex web van gedifferentieerde prijzen op basis van factoren als voertuigtype, tijdstip van de dag en zelfs de gekozen route. Dit weerspiegelt de bezorgdheid die twintig jaar geleden werd geuit door voormalig premier Tony Blair, die een soortgelijk systeem voor ogen had.
Eén vertegenwoordiger van de sector betoogt dat de huidige voertuigaccijns (VED) – een vaste jaarlijkse belasting op voertuigen – een eenvoudiger en rechtvaardiger basis biedt voor het innen van wegengebruiksheffingen. Hun suggestie: integreer een extra vast tarief op basis van kilometers rechtstreeks in de bestaande VED voor elektrische voertuigen. Deze aanpak zou kunnen worden uitgebreid naar alle voertuigen door de brandstofaccijns en de BTW op benzine af te schaffen, en dit inkomstenverlies te compenseren met de extra EV-heffing. Ze schatten dat een dergelijk systeem voor de gemiddelde EV-rijder waarschijnlijk ongeveer € 250,- per jaar zou kosten.
De kern van het argument is transparantie en eerlijkheid. Momenteel dragen bestuurders van voertuigen met een verbrandingsmotor (ICE) aanzienlijk meer bij aan de wegenfinanciering via brandstofaccijnzen en BTW, die samen meer dan £600 per jaar bedragen voor iemand die 13.000 kilometer rijdt met een gemiddeld brandstofverbruik van 40 mpg. Daarentegen betalen elektrische voertuigen vaak een minimale belasting – slechts 5% BTW op de oplaadkosten als ze ‘s nachts tegen lage tarieven worden opgeladen – waardoor het huidige systeem een scheef gevoel krijgt.
De vertegenwoordiger van de sector suggereert verder dat het voor consumenten aantrekkelijker zou kunnen worden gemaakt als de EV-heffing als een maandelijkse betaling wordt geformuleerd. De psychologische impact van het spreiden van de kosten in de tijd lijkt minder schokkend dan het vooraf moeten betalen van een groot jaarlijks bedrag.
Uiteindelijk is het vinden van een rechtvaardig en duurzaam financieringsmodel voor de wegeninfrastructuur van het grootste belang. De invoering van complexe en mogelijk opdringerige heffingen per kilometer doet echter grote zorgen rijzen over de praktische haalbaarheid en eerlijkheid.





















